Go to content

Wanneer hebt u geen vergunning nodig?

U hebt geen vergunning nodig als een vrijstelling van toepassing is. Dit geldt als u voldoet aan een of meer van onderstaande punten:

  • beleggingsobjecten die u aan minder dan 100 consumenten aanbiedt
  • beleggingsobjecten die onderdeel zijn van een serie; die serie moet uit minder dan 20 beleggingsobjecten bestaan; een serie heeft beleggingsobjecten met dezelfde kenmerken
  • beleggingsobjecten waarvan de waarde niet kan worden bepaald
  • beleggingsobjecten die u aanbiedt voor ten minste €100.000 per stuk.

Meer hierover kunt u lezen in de Wft.

U hebt ook geen vergunning nodig als u beleggingsobjecten aanbiedt aan de volgende personen:

  • Consumenten die in uw onderneming werken;
  • Consumenten die bij een onderneming werken waarover uw bedrijf zeggenschap heeft;
  • Consumenten waarmee uw onderneming in een formele of feitelijke zeggenschapsstructuur is verbonden.

Als u geen vergunning nodig heeft, houdt de AFM geen toezicht op grond van de Wft. Wel houdt zij toezicht op grond van de Wet handhaving consumentenbescherming.

Het bovenstaande is een globale samenvatting van toepasselijke vrijstellingen van het vergunningsvereiste voor het aanbieden van beleggingsobjecten. De vrijstellingen kunt u terugvinden in de toepasselijke wet- en regelgeving.

Opnemen van vrijstellingsvermelding

Als u geen vergunning nodig heeft dan moet u in uw aanbod van beleggingsobjecten, reclame-uitingen en andere documenten waarin een dergelijk aanbod in het vooruitzicht wordt gesteld (zoals offertes) de vrijstellingsvermelding opnemen. Zo is duidelijk dat u niet over een vergunning van de AFM beschikt. Op de pagina over vrijstellingsvermelding leest u hierover meer.