Go to content

Thijs Huurdeman

‘In een team toezichthouders werk ik aan controle van de jaarverslagen van beursgenoteerde ondernemingen. De eisen die volgens Europese wetgeving worden gesteld aan de manier waarop grote ondernemingen rapporteren over duurzaamheidskwesties, verandert de komende jaren ingrijpend. Met name daar zet ik me voor in, vanuit mijn achtergrond als duurzaamheidsanalist heb ik daarin de nodige ervaring.’

Functie: toezichthouder verslaggeving

"De bestuursvoorzitter spreekt zich uit over duurzaamheid, dat sterkt mij in mijn werk"

‘Bij de AFM kwam ik in een team met ervaren collega’s, allemaal toezichthouders met jarenlange ervaring op het gebied van verslaglegging. Ik werkte hiervoor in een senior-rol, maar nu was ik de benjamin van de afdeling. Even wennen, maar dankzij de leuke collega’s en ook het inwerkprogramma van de AFM voelde ik me snel op m’n plek. De kern van het inwerkprogramma, de BOT, is een intensief programma waarbij je kennismaakt met alle aspecten van de AFM. Echt een hele leuke en interessante manier van kennis maken met de AFM, als je het mij vraagt. Ook als je net vanuit een ander veld binnenkomt, ben je na de BOT op de hoogte van wat de AFM doet en waar ze voor staat, en wat het betekent om toezicht te houden.’

Mijn werk maakt het verschil

‘Ik vind duurzaamheid belangrijk. Maar het past niet bij me om vastgeplakt aan een schilderij mijn principes te verdedigen. Ik hoop in mijn werk een verschil te kunnen maken. Door ons toezicht dragen we eraan bij dat ondernemingen transparant en volledig verslag doen van over hun duurzaamheidsissues. Dat stelt beleggers, maar ook andere gebruikers van die jaarverslagen zoals. NGO’s, burgers en overheden in staat om zich goed te informeren over de duurzaamheidskwesties die spelen bij een onderneming. Op die manier draag ik mijn steentje bij.’

In het bestuursoverleg

‘Het feit dat onze bestuursvoorzitter zich duidelijk uitspreekt over duurzaamheid, sterkt me zeker. We hebben pas verslag gedaan over een onderzoek naar netzerodoelstellingen van Nederlandse ondernemingen. Toen zat ik, al na vier maanden in dienst, bij een bestuursvergadering met de top van de AFM om de uitkomst van dat onderzoek te bespreken. De discussie die volgt is genuanceerd en inhoudelijk. Dat geeft me een goed gevoel, mijn werk wordt serieus genomen.’

Geen strenge mannen in pak

‘In de eerste weken krijg je ook een goed indruk van de omgangsvormen binnen het bedrijf. Iedereen is uiterst serieus als het over de inhoud van het werk gaat. Naar buiten toe zijn we natuurlijk wat meer formeel en professioneel, maar intern is de sfeer informeel en los. Bij de eerste kennismaking met nieuwe collega’s verwachtte ik strenge mannen in pakken. Maar aan de lunchtafel op het dakterras schoof ik aan bij een vrolijke ploeg mensen, gewoon in broek en trui. Echt mensen die heel bevlogen bezig zijn met hun vak.’