Go to content

Interpretaties meldingsregelingen

Hier vindt u samenvattingen van casusgevallen met interpretaties van de AFM over verschillende aspecten van wet- en regelgeving onder de Wet op het financieel toezicht (Wft). Aan de onderhavige oordelen kunnen geen rechten worden ontleend en deze zijn niet bindend.

Meldingsplicht artikel 5 48 Wft bij opschortende of ontbindende voorwaarden (11-01-2007)

Op grond van artikel 5:48 Wft moeten bestuurders en commissarissen van een uitgevende instelling zoals bedoeld in het eerste lid iedere wijziging in het aantal aandelen en het aantal stemmen waarover zij beschikken, onverwijld aan de AFM melden. Voornoemde meldingsplicht ontstaat op het moment dat een bestuurder of commissaris de beschikking krijgt of verliest over (certificaten van) aandelen en/of stemmen in de zin van artikel 5:33 Wft.
 
Indien aan de beschikking krijgen of verliezen van aandelen een overeenkomst ten grondslag ligt, bijvoorbeeld een koop- of optieovereenkomst, ontstaat de meldingsplicht op het moment waarop de verbintenis tot stand komt.
 
Bij een verbintenis met een ontbindende voorwaarde is sprake van een perfecte verbintenis én dus ontstaat direct na aanbod en aanvaarding een meldingsplicht. 
 
Bij een verbintenis onder opschortende voorwaarden is de verbintenis na aanbod en aanvaarding nog niet perfect en derhalve ontstaat de meldingsplicht pas direct nadat de opschortende voorwaarde is vervuld. Het is aan de contractpartijen zich primair een oordeel te vormen omtrent de vraag of een voorwaarde als opschortend of ontbindend wordt gekwalificeerd.
 
Let op: Indien een uitgevende instelling in het kader van haar personeelsregeling aandelen onder opschortende voorwaarden toekent, kan wél sprake zijn van een meldingsplicht op grond van artikel 5:48 Wft als op dat moment sprake is van een optie in de zin van artikel5:33, eerste lid, onder b, ten vierde van de Wft.

Begrip 'transactie' in de zin van artikel 19 Verordening marktmisbruik (MAR) (03-07-2016)

Artikel 19 MAR verplicht bepaalde als ‘insiders’ aangemerkte (rechts)personen om alle transacties voor eigen rekening met betrekking tot aandelen of schuldinstrumenten van de betrokken uitgevende instelling, of afgeleide of andere financiële instrumenten die ermee zijn verbonden, te melden bij de AFM en bij de uitgevende instelling.
 
Onder transacties worden, naast verwerving of vervreemding, ook een aantal specifieke transacties verstaan die zijn omschreven in artikel 19 lid 7 MAR. Het betreft onder meer het als zekerheid verstrekken of uitlenen van financiële instrumenten door of namens een meldingsplichtig persoon.
 
Daarnaast is de Europese Commissie op grond van artikel 19 lid 14 MAR bevoegd om de typen transacties die onder de meldplicht van artikel 19 lid 1 MAR vallen, nader te bepalen.
 
In dit kader heeft de Europese Commissie een gedelegeerde verordening vastgesteld . In deze gedelegeerde verordening wordt een (niet-limitatief) overzicht gegeven van de typen transacties die (naast de transacties genoemd in artikel 19 lid 7 MAR) onder de meldplicht van artikel 19 lid 1 MAR vallen. Voor een overzicht van deze transacties verwijst de AFM naar de gedelegeerde verordening.

Aanpassing voorwaarden personeelsopties geen meldingsplichtige transactie (03-07-2016)

Overeenkomstig de definitie van het transactiebegrip van artikel 19 MAR stelt de AFM zich op het standpunt dat het wijzigen van een voorwaarde in een reeds overeengekomen personeelsoptieovereenkomst in de regel geen transactie is en derhalve niet (opnieuw) meldingsplichtig is op grond van artikel 19 MAR.
 
Te denken valt daarbij aan wijzigingen zoals een aanpassing van de looptijd of een zogenaamde 'rol over' i.v.m. een fusie of overname (wijziging van het onderliggende aandeel waarop de personeelsoptie recht geeft).