Go to content

Welke maatregelen kan de AFM opleggen?

De AFM kan gebruikmaken van verschillende handhavingsmaatregelen en -instrumenten om de naleving van wet- en regelgeving te bewerkstelligen. Naast onze formele maatregelen die zijn gebaseerd op een wettelijke bevoegdheid (bijvoorbeeld een aanwijzing of boete), maken we veel gebruik van informele maatregelen. De meeste maatregelen zijn gericht op ondernemingen waarop wij toezicht houden, zoals een financiële dienstverlener of een accountantsorganisatie.

Informele handhaving

Bij informele handhaving onderscheidt de AFM de volgende instrumenten: de toezichtbrief of -gesprek en de waarschuwing.

Toezichtbrief of -gesprek

Bij lichtere overtredingen kan de AFM een toezichtbrief sturen of een toezichtgesprek aangaan. De AFM stelt hierin vast dat een partij een overtreding begaat of heeft begaan, maar de brief of het gesprek wordt niet aangemerkt als maatregel. Een toezichtbrief kan eveneens een opmaat vormen richting een eventuele maatregel. Omdat we de toezichtbrief alleen inzetten bij lichte(re) gevallen (of als opmaat voor een eventuele maatregel) vinden we dat een toezichtbrief op zichzelf niet redelijkerwijs relevant is voor de betrouwbaarheid van een persoon die op een toetsbare positie zit. De AFM merkt de overtreding in de toezichtbrief daarom niet aan als een antecedent, maar als overige toezichtinformatie die als zodanig wordt meegenomen bij een personentoetsing door de AFM.

Oud beleid: Normoverdragende brief of normoverdragend gesprek

Vanaf 1 januari 2024 wordt door de AFM geen gebruik meer gemaakt van dit instrument. De AFM gaf vóór 1 januari 2024 met een normoverdragende brief de onderneming schriftelijk of mondeling uitleg over de overtreden norm en de onderneming wordt erop gewezen dat zij in overtreding is van wet- en regelgeving.

Waarschuwingsbrief of -gesprek

De waarschuwingsbrief of het waarschuwingsgesprek is een informele maatregel die wordt ingezet bij zwaardere en/of meer verwijtbare overtredingen. De onderneming wordt gewaarschuwd dat zij in overtreding is (of is geweest) van wet- en regelgeving en wordt met klem gewezen op het belang van naleving daarvan. Een waarschuwing gericht op herstel sluit overigens niet uit dat de AFM daarnaast een boete kan opleggen voor de overtreding die al is begaan. Een waarschuwing geldt als toezichtantecedent (zie hieronder: ‘Toezichtantecedenten’).

Formele maatregelen en instrumenten

De volgende formele maatregelen en instrumenten staan de AFM onder meer ter beschikking.

Aanwijzing

Bij een aanwijzing wordt (veelal) een onderneming die niet voldoet aan de toepasselijke wet- en regelgeving verplicht om binnen een door de AFM gestelde redelijke termijn een gedragslijn te volgen ten aanzien van een of meerdere in de aanwijzing opgenomen punten. Een onderneming moet deze aanwijzing opvolgen. De aanwijzing kan bijvoorbeeld strekken tot het heenzenden van een (mede)beleidsbepaler van wie de geschiktheid en/of betrouwbaarheid niet langer buiten twijfel staat.

Last onder dwangsom

Een last onder dwangsom is een maatregel waarbij een overtreder een termijn krijgt waarbinnen hij dient te voldoen aan een opdracht (last). Een last is erop gericht dat de overtreder iets doet (bijvoorbeeld een norm naleven, of de gevolgen van een overtreding ongedaan maken) of met iets stopt (het overtreden van een norm). Als de overtreder niet binnen de gestelde termijn voldoet aan de last, wordt ‘de dwangsom verbeurd’. Dit betekent dat de onderneming een bedrag (dwangsom) moet gaan betalen omdat hij niet voldoet aan de last. Ook kan een last ter voorkoming van herhaling worden opgelegd. Bij een last ter voorkoming van herhaling moet degene aan wie de last is opgelegd een of meerdere dwangsommen betalen als deze opnieuw dezelfde overtreding begaat.

De dwangsom kan worden vastgesteld op een bedrag ineens, een bedrag per tijdseenheid dat de last niet wordt uitgevoerd of op een bedrag voor iedere overtreding van de last. De hoogte van de dwangsom wordt bepaald aan de hand van de zwaarte van de geschonden norm en de beoogde werking van de dwangsomoplegging en kent een maximum.

Boete

Indien een geconstateerde overtreding nog voortduurt, is handhavend optreden in ieder geval gericht op het beëindigen van de overtreding en herstel van het naleven van de norm. Daarnaast beziet de AFM of er aanleiding is om een bestuurlijke boete op te leggen aan de overtreder (inclusief medepleger) en/of de feitelijke leidinggever. Naar mate de ernst van de overtreding en de mate van verwijtbaarheid van de overtreder (inclusief medepleger) en/of de feitelijke leidinggever toenemen, ligt dit eerder in de rede.

Benoeming curator

De AFM kan een curator benoemen ten aanzien van alle of bepaalde organen of vertegenwoordigers van een financiële onderneming als die financiële onderneming niet voldoet aan de Wft. De curator wordt benoemd door een benoemingsbesluit. Een benoemingsbesluit bevat onder meer een beschrijving van de belangen waardoor de curator zich dient te laten leiden. De AFM benoemt de curator voor ten hoogste een jaar, met de mogelijkheid om deze termijn telkens voor ten hoogste een jaar te verlengen.

Er is een dynamisch aankoopsysteem uitgezet waar geïnteresseerde ondernemers die curatordiensten leveren zich voor kunnen aanmelden. De aanbesteding is gepubliceerd en te vinden op TenderNed.

Intrekken of beperken van een vergunning

Onder bepaalde omstandigheden kan de AFM de vergunning van een onderneming (geheel of gedeeltelijk) intrekken, daar beperkingen aan stellen, of voorwaarden aan verbinden. Het intrekken van vergunning kan plaatsvinden op verzoek van de vergunninghouder, maar ook op initiatief van de AFM. Bijvoorbeeld wanneer de AFM vaststelt dat een onderneming niet aan bepaalde normen voldoet en vaststelt dat er geen andere middelen ter beschikking staan om (duurzame) naleving van die normen af te dwingen.

Vergunningintrekking is bijvoorbeeld ook mogelijk wanneer de AFM vaststelt dat de vergunninghoudende onderneming feiten of omstandigheden heeft verzwegen, of bij aanvraag onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt. Als deze informatie voor de AFM reden zou zijn geweest om de vergunningaanvraag af te wijzen, kan de AFM alsnog de verleende vergunning intrekken.

Openbare waarschuwing via een persbericht

De AFM kan een openbare waarschuwing uitvaardigen op grond van de Wet financieel toezicht (Wft) of de Wet handhaving consumentenbescherming (Whc). Een waarschuwing heeft als doel het publiek te waarschuwen om schade te voorkomen en draagt bij aan de bescherming en/of voorlichting van consumenten of andere partijen.

Openbare verklaring

Wanneer de AFM kiest voor het openbaar maken van een overtreding door middel van een openbare verklaring, dan acht de AFM het in belang van de bescherming van beleggers, consumenten en andere partijen op de financiële markten dat zij hen informeert over de overtreding. Een openbare verklaring heeft een neutraal en informatief karakter. Een openbare verklaring kan erop gericht zijn om personen die eerder producten hebben afgenomen die niet aan de regels voldoen daarvan op de hoogte te brengen. Deze partijen kunnen dan eventueel actie ondernemen om verdere schade te voorkomen.

Toezegging

Een toezegging is geregeld in de Wet handhaving consumentenbescherming (Whc). Een toezegging is een eenzijdige en openbare verklaring van een bedrijf waarin het bedrijf toezegt in het vervolg af te zien van een bepaalde gedraging, of om een bepaalde gedraging in het vervolg op een specifieke manier vorm te geven zodat deze niet in strijd is met de wettelijke bepalingen.

Overige informatie

Voornemen tot handhaving

Voordat de AFM overgaat tot het opleggen van een formele maatregel wordt de overtreder (doorgaans een onderneming) de mogelijkheid gegeven om haar zienswijze te geven op een voorgenomen maatregel. De AFM verstuurt een onderneming in dat geval eerst een ‘voornemen’. In bepaalde gevallen mag de AFM afzien van verzending van een voornemen.

Toezichtantecedenten

Overtredingen met betrekking tot informele en formele maatregelen worden aangemerkt als een toezichtantecedent voor iedereen die een functie als (mede)beleidsbepaler bekleedde of feitelijk zeggenschap had over het beleid van de instelling aan wie de aanwijzing is gegeven. Toezichtantecedenten kunnen relevant zijn voor de beoordeling van de betrouwbaarheid en geschiktheid van betrokken personen.

Norminformerende brief of gesprek

Wanneer geen sprake is van een vastgestelde overtreding, maar de AFM de markt of een partij wil informeren over een norm, kiest de AFM soms voor een norminformerende brief of gesprek. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als de norm nog niet voldoende duidelijk is of de AFM geen overtreding heeft vastgesteld. In de brief licht de AFM toe wat de norm inhoudt. Een norminformerende brief of gesprek is geen toezichtantecedent.